Dit is echt iets wat de wereld ten goede kan veranderen

Vliegen op waterstof in plaats van de standaard brandstof die wordt gebruikt in commerciële luchtvaart. Dat zou een flinke bijdrage leveren aan een duurzamere manier van reizen. AeroDelft, een studententeam van de TU Delft, bestaat uit vroege twintigers die met een ongekend enthousiasme aan hun innovatieve project werken.

Dat vliegen niet goed is voor het klimaat is natuurlijk alom bekend. Verre bestemmingen bereiken we echter niet binnen een redelijke tijdspanne zonder in het vliegtuig te stappen. Daarom werken studenten van de Technische Universiteit Delft aan een baanbrekend vliegtuig op waterstof. Hun Project Phoenix is vernoemd naar de mythische feniks, die opnieuw uit zijn eigen as werd herboren, aldus technisch manager Dorothé Ruijs. „We proberen uit de as te herrijzen die de traditionele kerosine-industrie heeft gecreëerd. Onze hernieuwbare energie, gebaseerd op groene waterstof, laat de luchtvaart weer duurzaam opstijgen.”

Het belang zien

Het AeroDelft-team startte in 2018 als een plek voor studenten die hun opgedane kennis willen toepassen in praktische projecten, vertelt partnershipsmanager Grégoire Dastros-Pitei. „Het team ging op zoek naar alternatieven voor luchtvaarttransport. Daaruit ontstond in 2019 Project Phoenix. Gaandeweg werd AeroDelft een aparte organisatie, een groeiproject met ook mensen van buiten Delft. Allemaal zien zij het belang hiervan, dit is echt iets wat de wereld ten goede kan veranderen.”

Vanuit het hart

Het team vernieuwt zichzelf elk jaar. Op dit moment telt het zo’n vijftig leden. De meesten zijn gespecialiseerd in lucht- en ruimtevaarttechniek, maar ook andere studies zijn vertegenwoordigd, waaronder werktuigbouwkunde, elektrotechniek en industrieel ontwerp. Als non-profitorganisatie worden de teamleden niet betaald voor de extra inspanningen naast hun studie, vertelt Grégoire. „Wij doen dit vanuit ons hart, het enige wat we hieruit halen, is de ontwikkeling van deze technologie en de vreugde van het creëren van een groenere toekomst.”

Energie van de toekomst

De energie waardoor vliegtuigen momenteel de lucht ingaan, wordt opgewekt met kerosine of benzine. Daarbij komen schadelijke stoffen vrij, zoals het broeikasgas CO2. Om de propellers van de Project Phoenix-vliegtuigen aan te drijven, gebruiken de studenten waterstof. Dorothé legt het uit in lekentermen: „Je haalt de energie uit de waterstof met een brandstofcel. Deze maakt er elektriciteit van door middel van een chemische reactie. Dit drijft dan de motor en vervolgens de propeller aan. Volgens ons is dit de energie van de toekomst, omdat er geen uitstoot is van broeikasgassen. Bovendien gebruiken wij groene waterstof. Zo willen we uiteindelijk de complete gebruiksketen verduurzamen.”

Uitdagingen

Uitdagingen zijn er genoeg. Grégoire spreekt niet van een kip-of-eiprobleem maar gezien de omvang liever van struisvogel-of-ei. „In de waterstofindustrie moeten voertuigen, zoals de onze, gekoppeld worden aan de infrastructuur en partijen die waterstof produceren. Daar zijn grote investeringen voor nodig, dus zijn er risico’s voor bedrijven. Die brug moeten wij samen zien over te steken om een duurzame circulaire waterstofindustrie mogelijk te maken.”

Puzzelstukje

Internationale partners en geldschieters zijn onmisbaar. Project Phoenix telt er al vijftig, waarvan de meerderheid volgens Grégoire Europees is. „Het is geweldig om te zien dat onze buren achter de dingen staan die we doen.” Interesse is er onder meer vanuit luchtvaartmaatschappijen, vliegtuigfabrikanten, maar ook uit andere industrieën. Het doel is niet om de markt te veroveren met deze technologie, benadrukt hij. „Er is niet één oplossing, wij zijn slechts een stukje van de puzzel. We willen vooral laten zien dat er een alternatieve manier van vliegen is door als eerste ter wereld te vliegen op vloeibare waterstof. Daarmee zeggen we: als een studententeam dit in zes jaar klaarspeelt, dan kunnen jullie het ook.”

Bewijs voor alternatieve brandstof

In 2024 moet het eerste bemande vliegtuig van AeroDelft de lucht in gaan. Een tweezitter met een propeller. Op termijn kunnen grotere propellertoestellen toeristen vervoeren binnen Europa. Voor intercontinentale vluchten moet de efficiëntie van brandstofcellen eerst omhoog. Maar als Project Phoenix over drie jaar mensen op vloeibare waterstof laat vliegen, dan is het volgens Dorothé een succes. „Ons doel is om te bewijzen dat een alternatieve brandstof voor de luchtvaart mogelijk is. Dus als het vliegt, hebben wij onze proof of concept.”

Morele implicaties

In de grote vliegtuighal van AeroDelft werken tientallen leden van het team hard om het doel te halen. Voor de gemiddelde passant zijn de rekenmodellen op hun laptopschermen onbegrijpelijk. Hun enthousiasme is aanstekelijk. „Ik vind de morele implicaties van deze missie enorm belangrijk”, zegt de Italiaanse ingenieur Lorenzo Onorato, “maar ook het feit dat ik hier praktijkervaring opdoe naast mijn academische werk.” Zijn Griekse collega Marianna Piperigou werkt fulltime aan het project. „Dat wij als studenten laten zien wat er mogelijk is, vind ik ontzettend cool.”

Met een goed gevoel op reis

Milieuactivisten uitten de afgelopen jaren veel kritiek op vliegen. Vliegschaamte is niet wat je wil voelen als je op vakantie gaat, zegt Dorothé. „Als je duurzaam vliegt, ga je met een goed gevoel op reis. En we moeten bovendien in 2050 de klimaatdoelstellingen van de Europese Unie halen. Duurzaam vliegen is daarom geen kwestie van kiezen.”